Goede voornemens
Met een glimlach van oor tot oor komt hij binnen. Zijn lichaamshouding verraadt zijn enthousiasme. “Juf, het gaat bijna gebeuren.” Job is in de ban van de 10e dag van de maand. Hij spreekt over zijn lot, over alle voornemens en keuzes die hij gaat maken. Niet eenvoudig want wordt het nu een Porsche of een Bugatti.
In deze tijd van het jaar zie ik veel mensen hun voornemens uitspreken. Mensen om me heen gaan minder roken, minder drinken, meer sporten of meer tijd aan hun gezin besteden. Helaas na een aantal weken zie ik vaak weinig terug van al die mooie uitspraken.
Wil je weten hoe dit komt?
De meeste van onze goede voornemens zijn oplossingen voor symptomen. Denk maar aan afvallen. Je kunt je broek minder goed dicht, je ziet dat je buik wat dikker is geworden en dan moeten er toch maar eens wat kilootjes af. Maar hoe zit het met de oorzaak van dit probleem, denken we daar wel genoeg aan? Hoe komt het dat die broek steeds strakker is gaan zitten?
Op het moment dat we starten met afvallen, vragen we van onszelf enorme aanpassingen in ons dagelijks leven. We gaan minder eten, fanatiek bewegen en slaan zelfs ons vaste koekje en wijntje af. Wat we echter vergeten is dat men dagelijkse gewoonten niet zomaar verandert. Een gewoonte is een soort levensstijl. Je lichaam en geest willen terug naar wat hij altijd gedaan heeft.
Voornemens en veranderingen in het onderwijs.
In het onderwijs hebben mensen ook te maken met voornemens en veranderingen. Elk voornemen vraagt ook iets van hen. Uit ervaring kan ik aangeven dat dit voor mij daadkracht en doorzettingsvermogen zijn.
Jaren geleden was ik namelijk ook één van die mensen die niet zo makkelijk omging met veranderingen, zeker op het gebied van leren lezen. Ik dacht minder na over preventie of verbeteringen. Hierin kwam verandering toen ik mezelf vragen begon te stellen en de methodiek Alfabedding ontdekte. Het voelde alsof mijn (lees)bal ging rollen. Nu kan ik deze bal niet meer stoppen. Ik zie, ik hoor, ik ervaar namelijk de verschillen tussen het leesonderwijs van nu, en het leesonderwijs wat we kunnen zijn. Ik ontdek de verschillen tussen wel of niet leren lezen, tussen een symptoom bestrijden of een probleem oplossen en ik krijg antwoorden op vragen waarom niet alle kinderen leren lezen op de manier waarop wij ze het nu aanbieden.
Wel of niet leren lezen, maakt grote verschillen in het leven van een mens. Toch maken we onvoldoende keuzes om ons aanbod aan te passen en/of maken we bij aanpassingen onze doelen onvoldoende haalbaar. Wanneer we ons allemaal zouden focussen op kleine stapjes, deze kleine stapjes rustig zouden uitbouwen, zouden we samen grote veranderingen teweeg kunnen brengen. Veranderingen die na verloop van tijd, zouden overgaan in een gewoonte.
De laatste jaren heb ik zelf steeds meer van deze kleine veranderingen toegepast in mijn lesaanbod. Hierdoor zette ik me regelmatig in een uitzonderingspositie, want mijn keuzes waren niet altijd de keuzes van mijn omgeving. Voor mij voelt dit soms als een meer proberen over te zwemmen en keer op keer afgeremd worden door stromingen. Het lukt mij (nog) niet om aan de overkant te komen. Soms is dit moeilijk voor me en begrijp ik het niet. Want waarom willen mensen wel een stukje meezwemmen, maar niet samen de overkant bereiken? Waarom wijzen mensen regelmatig met het vingertje naar iemand anders, de instanties, de directie, het beleid of de wetenschap, terwijl ieder van ons zijn eigen keuzes kan en mag maken? Waarom hebben mensen wel een voornemen, maar kunnen ze nog niet gaan voor echte (kleine) veranderingen?
Laat duidelijk zijn, ik begrijp mijn collega’s ook. Lang niet alle voorgestelde veranderingen in het onderwijs worden gevoeld als verbeteringen en al behoren we met ons onderwijs niet bij de top, we doen het ook niet zo slecht. Toch zou ons leesonderwijs wel een boost kunnen gebruiken. We zouden kunnen leren van landen zoals Finland.
Finland: spelenderwijs lesgeven.
De Finse kleuterscholen besteden het grootste deel van de dag aan spelen en niet aan het invullen van werkbladen. Kinderen beseffen vaak niet eens dat ze aan het leren zijn, omdat ze zo geïnteresseerd en gemotiveerd zijn in wat ze doen. Daarnaast werken specialisten intensief samen met leerkrachten om leerlingen al op jonge leeftijd in kaart te krijgen en te helpen, komen zorgteams maandelijks bij elkaar en zijn er veel interventies voor leerlingen met een dreigende ontwikkelingsachterstand. Oké qua leesvaardigheid staan ze nog niet vooraan in de rij maar wel als nummer 1 van de Europese landen en nog altijd een stuk beter dan Nederland. Met weemoed kijk ik naar landen die het beter doen op het gebied van lezen, dan ons eigen kikkerlandje. Naar landen die voornemens omzetten in concrete veranderingen.
Mijn voornemen.
Mijn goede voornemen voor het nieuwe jaar t.a.v. leren lezen? Ik ga verder met mijn zwemmarathon op het gebied van leren lezen. Door positief te blijven, hard te werken, door te zetten, en zelfs fouten te maken en weer opnieuw te beginnen, hoop ik het komende jaar nog meer aankomende en zittende leerkrachten te overtuigen van de kracht van kleine veranderingen op het gebied van leren lezen.
En jij, wil jij misschien samen met mij naar die overkant en je inzetten om het leesonderwijs voor alle kinderen echt te verbeteren? Of wacht je net als Job, op een verandering waar je zelf geen invloed op hebt. Welke keuze je ook maakt, ik wens je dit jaar, veel succes met het maken van goede voornemens!
Aquilien